London

In de avond van dinsdag twaalf april arriveerde ik voor de tweede keer in enkele maanden tijd in London. Deze maal had ik meer dan anderhalve dag om de metropool te bezichtigen. Ik zou er vier nachten doorbrengen op een luchtmatras in het appartement van een goede kameraad, en hopelijk de mooie kanten van de wereldstad leren kennen.

Woensdagochtend stonden we rond zeven uur op en tegen iets voor acht hadden we reeds het appartement verlaten, mijn gastheer naar zijn werk, ik de stad in. Vroeg in de morgen zijn er nog geen winkels of musea open, maar dat was geen probleem want mijn dagdoel was nog een eindje verwijderd. Ik stapte via Oxford Street, Regent Street en Piccadilly Circus naar Trafalgar Square om van daar verder zuid naar de Houses of Parlement te wandelen en langs de Big Ben door middel van Westminster Bridge de Theems over te steken. Eens aan de zuideroever van deze rivier volgde ik het Theems pad in oostelijke richting om zo naar Greenwich te trekken. Het wandelpad leidde me langs landmarks als de London Eye, Tate Modern en onder Tower Bridge. Aangezien het pad de Theems volgde, was het niet de kortste weg want de rivier legt een kronkelig parcours af, maar dat deerde me niet, het was immers een erg mooie, rustige route. In Deptford onderdrukte ik een opkomend hongergevoel met een pak kit-kats en een flesje cola die ik kocht bij een onvriendelijke handelaar. Rond half twaalf arriveerde ik in Greenwich. Ik liet het centrum voor wat het was en begaf me naar het National Maritime Museum waar ik een uurtje in ronddwaalde. Vervolgens was Greenwich Park met het Greenwich Observatory aan de beurt. Ik vond het lollig om er over de Prime Meridian te wippen en me dus afwisselend in het oostelijk en westelijk halfrond te bevinden. Iets na één besloot ik de terugtocht aan te vatten doch deze keer niet de Theems te volgen maar de rechte hoewel drukkere A200 naar Southwark Park te nemen. Eens het park voorbij, zocht ik weer aansluiting met het Theems pad om het te volgen tot het Tate Modern. Moderne kunst, op surrealisme na,  kan mij maar matig boeien aldus was ik was er sneller dan verwacht buiten waarna ik de Theems overstak naar de noordelijke oever. Mijn vader had me opgedragen een boek voor hem te kopen: The Spirit Level een non-fictie werk waarin Richard Wilkinson en Kate Picket aan de hand van uitvoerig statisch bewijs aantonen hoe er in de ontwikkelde industrielanden een correlatie is tussen een aantal maatschappelijke problemen (gaande van geweld over tienerzwangerscahppen tot geestelijke gezondheid) en de inkomensongelijkheid in een samenleving en hoe in een ongelijke samenleving zelfs de rijke bovenklasse minder goed af is dan hun evenknie in een gelijkere samenleving. Ik heb het boek aangeschaft in een Waterstone boekhandel in Soho na richtingsaanwijzingen van een vriendelijke politieagent. Ik begaf me naar Soho Square waar ik me op een bankje neerzette om wat te lezen in het zopas gekochte boek. Ik vond het makkelijke lezend, zeer interessant en inzichtrijk. Ik sloot de avond af in een Italiaans restaurant in Soho, waarvan me de naam ontglipt en waar ik smulde van een pasta en huisgemaakte tiramisu.

Ik opende mijn tweede ochtend in London met een bezoek aan haar parken. Ik trok naar Hyde Park om het van oost naar west te doorkruisen en aan te belanden in de Kensington Gardens. Ter hoogte van het Peter Pan standbeeld hield ik voor een eerste maal halt en zette me er op een bankje, enkele meters verwijderd van een onverschrokken reiger. Ik las er een hoofdstuk in the Spirit Level waarna ik via een omweg langs het Physical Energy sculpture en het Albert Memorial naar Hyde Park trok. Hier las ik opnieuw een hoofdstuk in mijn boek, ditmaal op een bank met uitzicht op de Serpentine. Vervolgens ruilde ik Hyde Park in voor St-James Park en herhaalde mijn activiteit voor de derde maal. Hierna had ik genoeg van de natuurpracht en wandelde noordwaarts via Piccadilly, Leicester square en Seven Dials naar het British Museum. Dit enorme museum slokte vele uren van mijn dag op, iets waarvan ik hoegenaamd geen spijt heb. Rond vier uur verliet ik het cultuur paradijs en trok zuidwaarts naar, weeral, het Tate Modern. Ik had er blijkbaar Ai Weiwei’s Sunflower Seeds gemist. Ai, zit sinds drie mei in de bak in China wegens ‘economische misdaden’, ik kon toch niet Tate Modern bezoeken en dan de huidige hoofdattractie niet gezien hebben. Honderd miljoen handgemaakte en geverfde porseleinen zonnebloemzaadjes. Amai Ai. Ik vond het eigenlijk best indrukwekkend. Een onverlaat had een muntstukje in het werk gesmeten en dit glinsterde bij het bezichtigen van het werk vanaf de balustrade op het eerste verdiep. Niet dat het de charme van het werk te ingrijpend aantastte maar het gebrek aan respect is wel stuitend.  Aan Tate Modern ligt een voetgangersbrug over de Theems naar St Paul’s Cathedral.  Ik heb deze gebruikt, en even rondom de indrukwekkende kathedraal gedraald. Het was reeds zes uur gepasseerd en dus was de kathedraal gesloten, ik vond het niet erg, want ik heb hem bij mijn vorig bezoek aan de stad bezocht. De avond afgesloten door gezellig te tafelen in een Israëlisch restaurant in St Christopher’s place, een kleine zijstraat van Oxford Street, niet ver van Hyde Park. Ik at er een lamsfilet die erg goed smaakte en sloeg voor eens het dessert over.

Ik vatte dag drie aan in Regent’s Park, las er enkele hoofdstukken en begaf me rond elf uur via Marylebone en Euston Road naar de British Library waar er naast geschriften van Mozart, Beethoven en The Beatles ook twee van de vier exemplaren van de Magna Carta uit 1215 en 1225 tentoon liggen. Aangezien de collectie relatief klein is, nam dit bezoek niet veel tijd in beslag en na een uurtje verliet ik de bibliotheek om zuidwaarts te wandelen naar de National Gallery aan Trafalgar Square voor hun enorme collectie aan schilderijen. Ik kuierde enkele uren tussen de meesterwerken. Hoogtepunten vond ik Peter Paul Rubens zijn Een herfstlandschap met uitzicht op het Steen,  het Portret van Giovanni Arnolfini en zijn vrouw van Jan van Eyck en de drie  Caravaggios ( 1 2 3 ).  Ik kreeg trek in een versnapering en trok naar de McDonnald’s in St Martin’s Lane, bestelde er drie cheese burgers en een grote cola om mee te nemen, keerde weer naar Trafalgar Square en verorberde er de gekochte waren  op een bankje met uitzicht op Nelson’s Column. Mijn honger was gestild maar mijn appetijt naar kunst niet, aldus bezocht ik in de Sainsbury Wing van de National Gallery de tentoonstelling over het werk van de Vlaming Jan Gossaert (1478-1532). Als student koste het me maar £5, hoewel ik voor deze prachtige werken gerust meer had willen betalen. Aangezien de exhibitie rond één artiest draaide, was ze niet groot en in een dik uur had ik alles op mijn gemak gezien.  Mijn laatste avondmaal, in London, bestond uit een uitstekende biefstuk en ditto spinazie-puree, gevolgd door een ijsje.

Zaterdagmorgen liep de wekker af om half 6, ik stond  moeizaam op, dankte mijn gastheer voor de goede zorgen en wandelde naar het St Pancreas station om er de trein naar Brussel van 6u58 te halen. Ondanks het vroege uur was er reeds heel wat volk in het station en het inchecken met de bijbehorende veiligheidsprocedures nam wat tijd in beslag. De treinreis zelve verliep vlekkeloos en al sporend naar Brussel las ik mijn boek uit, de laatste bladzijde omslaand niet ver van het terminus station.

Yours faithfully,

Robin

The Final Day

Op dinsdag 7 september ontwaakten we voor de laatste maal op Amerikaanse bodem. We checkten uit maar lieten het hotel onze bagage veilig opbergen tot het tijd was om naar de luchthaven te trekken voor de terugvlucht naar Zürich om 19u25. We reden naar Hancock Park aan de Wilshire Boulevard voor de La Brea Tar Pits en het bijbehorende museum. In de teerputten zijn vele duizenden beenderen gevonden van dieren die er in de laatste 50000 jaar zijn in vast geraakt, verhongerd en opgeslokt. Omdat het de eerste dinsdag van de maand was, was de inkom voor het museum gratis, wat een leuke meevaller. Na deze educatieve en interessante stop, reden we naar de Hollywood letters om ze bij daglicht te fotograferen.

Hollywood
Hollywood

In snel tempo want de tijd begon door onze vingers te glippen en op te raken. We bezochten voor de tweede maal in twee dagen de Hollywood letters. Na de fotosessie zetten we koers naar Venice Beach, om in onze laatste uren nog een leuk souvenir te kopen.

Onderweg hielden we halt bij een Bank of America om er nog wat geld af te halen. Het was geen sinecure om een parkeerplaats te vinden in Venice maar na even zoeken, slaagden we er toch in ééntje te vinden nabij het strand. Ik wou de Californische vlag als souvenir en in de eerste winkel die we binnen stapten zag ik hem al hangen maar spijtig genoeg was de voorraad uitgeput. We hadden onszelf  een window van vijfentwintig minuten gegeven voor onze souvenirjacht in Venice, we hadden dus haast. Joeri en ik liepen de straat af op zoek naar een vlag, terwijl Willem in de eerste winkel iets uitzocht. Na enkele honderden meters vonden we een winkel die de vlag aanbood voor $14,99. Zowel Joeri als ik schaften er een aan. Tevreden wandelden we terug naar Willem die we in een crèmerie aantroffen. Hij had reeds een T-Shirt gekocht. Joeri en ik bestelden ook een ijsje en wierpen nog een blik op de Stille Oceaan voor we naar de auto gingen.

Om aan onze verplichting ten aanzien van het autoverhuurbedrijf te voldoen tankten we onze auto vol voordat we hem inleverden. Bij Alamo kregen we van de bediende een afrekening van $75, die reeds van onze creditkaart was afgetrokken zodat we niets meer moesten doen!? De bediende ging na het overhandigen van de rekening gewoon over naar de volgende auto. Not happy trokken we naar de klantendienst voor een uitleg over de rekening. Hoewel de tijd drong, wachtten we er een tijdje tot er eindelijk iemand beschikbaar was. De rekening was voor het gebruik van de GPS sinds onze autowissel maar wij hadden op dag 1 een pakket van $180 genomen voor de ganse trip. De bediende erkende de vergissing en annuleerde de betaling. Oef!

We wandelden richting ons hotel maar keerden al snel op onze stappen terug want we twijfelden over de te volgen richting :). We maakten dan maar gebruik van de pendeldienst van Alamo. We dienden er even op te wachten maar na een poos verscheen er een chauffeur die ons naar ons hotel bracht,  uit dankbaarheid gaven wef de brave man een dollar. In het hotel vroegen we onze bagage terug en informeerden we naar de shuttledienst naar de luchthaven. Deze reed elk kwartier en we dienden gewoon voor het hotel te wachten tot het busje verscheen. Bij het uitchecken ontvingen we ook een rekening van $16. Het hotel had ons parking aangerekend maar we hadden onze auto op straat geparkeerd. Ook deze rekening werd zonder problemen geannuleerd, het zat ons mee vandaag. We stapten op de shuttle en deze bracht ons naar de Tom Bradly vertrekhal van LAX.

Het was twintig voor vier toen we aan de Swiss balie onze tickets in ontvangst namen en onze bagage op een loopband zetten waarna deze verdween terwijl we hoopten ze ooit nog terug te zien. We kuierden wat rond maar er waren minder winkeltjes dan verwacht hoewel er wel een McDonnald’s was, al waren de prijzen niet die we gewoon waren. Joeri nam twee gewone cheeseburgers die meer kostten dan gemiddeld twee doubles en Willem nam een aardbeienmilkshake. We zetten ons aan een tafeltje en mijn metgezellen verorberden hun laatste McDo maaltijd in waarschijnlijk lange tijd. 🙂 We hadden niet veel dollars meer op zak maar we wilden ervan af dus begaven we ons naar een krantenwinkeltje waar Willem een gamemagazine kocht en Joeri en ik al ons geld uitgaven aan twee zakjtes snoep en een kit-kat! Iet voor zes wandelden we naar de Security Check. Na mijn schoenen, pet  en riem te hebben uitgedaan, stond ik voor de eerste maal in mijn leven voor een bodyscanner. Ik slaagde, net zoals mijn metgezellen de test.

Het boarden vatte om half acht aan en niet veel later steeg het vliegtuig op en vloog richting Zürich, waar we na elf uur vliegen aankwamen. We dienden er een uurtje te wachten alvorens op het vliegtuig te kunnen stappen dat ons naar Brussel zou brengen. De vlucht verliep voorspoedig, we kregen een potje witte chocolade-ijs aangeboden en voor we het goed en wel beseften waren we terug in België. De bagage liet niet lang op zicht wachten.

We waren weer thuis na ons onvergetelijk avontuur!

Yours faithfully,

Robin

Palm Springs

We werden wakker te Santa Barbara, stonden op en begaven ons naar de ontbijtruimte van het hotel. Het hotel viel zwaar tegen, er waren enkel wat in plastiek verpakte gebakjes, koffie of thee. Geen fruit, geen yoghurt maar ook niet eens fruitsap of water. Tja, ik at drie cakejes en dronk een mok koffie met drie melkjes in. Terwijl we aten, kwam er een man de ruimte binnen, maar voordat hij kon ontbijten werd hij door de receptionist verzocht om het gebouw te verlaten. De man was een zwerver die een gratis maaltijd wou scoren. Na de terechtwijzing begon de man te fulmineren tegen de latino hotelmedewerkers dat ze ‘illegal aliens’ waren die jobs afnamen van zwakzinnigen als hemzelf. Na wat geroep, droop de man af en keerde de rust weer. We checkten uit en zetten koers richting Los Angeles, waar we nog een nacht zouden verblijven in het LAX Fourpoints by Sheraton hotel, hetzelfde hotel waar we onze eerste nacht in Amerika sliepen. De reis naderde haar eindpunt.

De drukte van het verkeer steeg naarmate we dichter bij LA kwamen. We trachten in te checken maar er was nog geen kamer beschikbaar, aldus bevestigden we onze reservatie en vroegen we of we onze bagage konden veilig in bewaring geven aan het hotel. We wilden niet op zwier gaan doorheen LA met al onze spullen in de auto. Dit was echter geen probleem, al onze bagage kreeg een sticker met een nummer en werd in een afgesloten ruimte geplaatst. Zonder zakken en zorgen reden we naar het Exposition Park in de downtown regio van LA om er de Rose Garden te bezoeken.

Rose Garden
Rose Garden

Het was onze derde poging en we waren eindelijk succesvol. De tuin is vrij groot en vrij mooi. Ze is blijkbaar ook een bron van inspiratie want Joeri stelde voor om de dagindeling van de twee laatste dagen radicaal te veranderen en om de rest van deze dag door te brengen in Palm Springs, wat op een goede 150 kilometer ten westen van LA ligt. We bespraken even de pro’s en con’s waarna we in overeenstemming richting Palm Springs scheurden.

Na anderhalf uur rijden arriveerden we in het stadje bij een bezoekerscentrum. We kregen er het advies de Aerial Tramway te nemen die ons van de vallei (806 m) hoger op de San Jacinto Peak zou nemen. Het roterende wagonnetje van de lift is de grootste in zijn soort ter wereld en heeft een capaciteit van 80 man. In twaalf minuten stonde we aan de top en het zicht was er geweldig. De eindhalte lag op 2596 m en was het vertrekpunt van verschillende wandelroutes. Onze tijd was beperkt dus hielden we het bij een kleine wandeling van acht kilometer naar Wellmans Divide waar we een groot halfuur op rotsblokken lagen te kijken naar de vallei ten westen van Palm Springs. Rond vier uur begonnen we aan de afdaling naar het tramstation om daar naar beneden te reizen. Eens beneden wandelden we naar de auto en reden naar ons hotel in LA.

We vroegen onze bagage op, checkten in en installeerden ons op onze kamer op de negende verdieping. Aan de receptie informeerden we naar de locatie van de Hollywood letters en ontvingen een route beschrijving.  We reden naar Hollywood en zochten te letters. De beschrijving was vrij nutteloos en pas na heel wat gezoek en gevloek vonden we de parking met een wandelpad naar het monument. Het was reeds na acht uur en pikkedonker op het onverlichte pad maar we zouden ons doel bereiken. Na even en terwijl de twijfel ons bekroop, zagen we eindelijk de Hollywood Letters! Ze waren godverdomme onverlicht! We genoten van de gehaalde doelstelling en trokken tevreden naar een McDonnald’s voor ons laatste avondmaal in de USA. We bestelden: twee McAngus Deluxe, twee McAngus SwissCheese & Mushroom, twee McAngus Bacon, één Large Big Mac Menu, één McDouble, twee Large Cokes en een Large Strawberry Milkshake. Het was decadent maar fantastisch!

We reden naar de Santa Monica en kuierden over de pier maar er was niet veel volk meer en het was er maar frisjes dus keerden we maar naar het hotel terug al maakten we nog een kleine tussenstop bij een McDonnald’s voor een vanille softijs ^

Yours faithfully,

Robin

Santa Barbara

Op Labor Day, de eerste maandag van september, ontwaakten we in Santa Marina en aangezien ons hotel geen ontbijt aanbood checkten we onmiddellijk uit en reden honderd mijl noord naar Hearst Castle, waar we rond tien uur arriveerden.

Hearst Castle
Hearst Castle

De Experience Tour zat reeds volgeboekt voor de hele dag dus kochten we tickets voor Tour 3 die de Casa Grande North, Pools, Guest Quarters, study en bedroom van het enorme complex aandeed.  Onze tour vatte om twaalf uur aan dus we hadden nog wat tijd te vullen. Ik at een brownie terwijl we de plannen voor de volgende dagen bespraken, waarna we een kleine exhibitie over het leven van William Randolph Hearst bezochten, de mediamagnaat (1863-1951) die met zijn eindeloze financiële middelen op zijn familiale domein zijn droomhuis liet bouwen dat steeds groter werd maar tevens nooit voltooid werd. Een bus bracht ons van het bezoekerscentrum naar het kasteel op de heuvel waar we in een kleine groep van vijftien een begeleide rondleiding kregen. Het was ronduit indrukwekkend, vooral het perfect afgewerkte binnenzwembad.

We reden terug naar Santa Marina om er in dezelfde Subway als de vorige dag opnieuw een fantastische Big Hot Pastrami sub te eten. Njam! Na de maaltijd zetten we koers naar Santa Barbara waar we tegen vijf uur in de El Prado Inn incheckten. Op de kamer vonden we een informatieboekje met een stadsplattegrond waarna we de stad verkenden.

Old Santa Barbara Mission
Old Santa Barbara Mission

We bezichtigden de Mission Santa Barbara, Courthouse, Granada Theatre om te eindigen aan Stearns Wharf, de 800 meter lange pier van Santa Barbara. Het stadje was erg leuk en er was veel volk op straat. Willem stuitte op een Panda Express en liet zich helemaal losh gehn. Joeri kocht een McAngus Snackwrap in de McDo en ik hield het bij een pakje koekjes en een snickers die ik uit het automaat in het hotel haalde. Op de teevee was er een Star Wars marathon bezig: woohoo! III was bijna gedaan toen we inpikten maar we waren te moe en we kregen niet eens A New Hope uitgezien.

Yours faithfully,

Robin

Santa Maria

We verlieten Marina en Monterey en reden zuidwaarts naar de 17-mile drive. Een van de mooiste auto routes ter wereld, die toevallig op een privé terrein ligt en $9.5 kost om te mogen berijden. Spijtig genoeg hing er een dichte mist en was het zicht bij momenten beperkt. We hielden halt bij Sheppard Knoll en Huckleberry Hill maar de oceaan zat verborgen in de mist. We vervolgende onze weg voorbij Point Joe, Fanshell Overlook, The Lone Cypress en Pescadero Point. al deze punten lagen aan de zee en het zicht in de mist had het wel iets bijzonders. De Lone Cypress is een Monterey Cypress die al meer dan 250 jaar alleen op een rots dicht bij de oceaan staat en het symbool is van de Peble Beach Company, de eigenaar van het domein.  Van Pescadero Point konden we Point Lobos, waar we de vorige dag hadden afgesloten, zien aan de andere zijde van de baai. We dolden wat op de rotsen en zaten  wat naar de zee te kijken. Toen we het domein uitreden, trok de hemel open en verdween de mist. We stelden de gps in op de dichtstbijzijnde McDo, reden er naar toe en aten er onder andere een Big Mac en een vanilla cone.

We begaven ons zuidwaarts naar het Big Sur State Park. Het kleine park was druk en een parkeerplek vinden bleek niet evident te zijn. We volgden een wandelpad naar de Pheiffer Falls en de valley view. Beiden waren minder spectaculair dan wat we gewoon waren in Yosemite. Maar we konden onder de waterval staan en bij het uitzichtpunt vloog er een roofvogel op een paar meter langzaam voorbij. Zo heeft alles wel een nieuw en leuk kantje. Ons bezoek aan Big Sur duurde maar anderhalf uur en we vervolgden onze weg zuidwaarts langs de mooie Highway 1 naar Hearst Castle. De weg was hoewel mooi, vrij traag want hier en daar zaten we vast achter auto’s die tot twintig mijl onder de snelheidslimiet reden.

Vanaf het bezoekerscentrum konden we op een heuvel het spectaculaire Hearst Castle al zien liggen. Het  was echter tegen vijf uur en alle tours waren uitverkocht  op de self-guided van 5u40 na maar dan moesten we nog bijna een uur wachten waardoor de tijd in het domein ons te beperkt leek. Aldus besloten we de volgende dag terug te komen. We reden verder zuid naar Santa Maria.

Ons hotel, de Santa Maria Inn, was luxueus en groot, zelfs naar onze normen ^^. We checkten probleemloos in en installeerden ons in de enorme kamer om vervolgens naar een Subway te rijden voor ons avondmaal. Ik nam een Big Hot Pastrami en hij smaakte fantastisch, hij was dan ook zeer rijk belegd: #1 sub van de reis. Vervolgens reden we naar Vons met behulp van de gps en kochten er een Boston Chocolate Cream Pie. Nadat we aan de receptie een mes gevraagd en gekregen hebben, verdeelden we op onze hotelkamer we de taart en vraten hem op. Hij smaakte maar middelmatig.

Yours faithfully,

Robin

Monterey

We begonnen de dag met ontbijt in de Comfort Inn waar we omelet met worst aten, ontbijtgranen en zelf gebakken wafels. We reden een dik uur naar Año Nuevo een State Reserve waar er zeeolifanten leven. We dokten $10 inkom, wandelden naar de uitzichtpunten maar de dikke mist gooide echter roet in het eten. we hoorden de beesten terwijl ze lagen op een eilandje voor de kust maar zagen er de ballen van.

Santa Cruz
Santa Cruz

Teleurgesteld dropen we af naar Santa Cruz waar we kuierden op de Beach Boardwalk. De vele attracties waren nog gesloten, zo ook de Giant Dipper. We zagen wel zeeleeuwen op een platformpje langs de pier en ook enkele dolfijnen zwemmen in de baai.

Nadat we onze voorraad benzine hadden aangevuld reden we naar Natural Bridge. We namen er enkele foto’s waarna we op zoek gingen naar voedsel; Willem had zin in een pizza dus zochten we met behulp van de gps een pizzeria. De eerste die we vonden was een Tacobell Pizzahut combination met een erg klein aanbod aan pizza’s. We besloten geen genoegen te nemen met het eerste het beste en zochten verder.  We vonden er één in Seaside. Het was gespecialiseerd in meeneem en had dan ook maar één tafeltje. Ik nam een large pizza met gevulde korst en belegd met champignons, peperoni en Itailan sausage. We spoelden de middelmatige pizza’s door met een double gulp fountain cola uit de naburige 7/11, waarna we koers zetten voor Monterey. Daar aangekomen parkeerden we bij John Steinbeck‘s Cannery Row. Mijn metgezellen ramden een kolossale hoeveelheid muntjes in een parkeerticketverdeler; en ik drukte op de annuleerknop. Wat een geniale inval want er viel zowaar een $1 dollar muntstuk uit. Waarna we dit bleven herhalen tot al ons kleingeld gewisseld was voor één dollarmunten. Na dit speelse intermezzo wandelden we naar het Custom House en Fisherman’s Wharf. Het was niet echt bijzonder of wauw maar wel gezellig. In een snoepwinkel kocht Willem een zakje zure linten die hij deels verorberde op een bankje met zicht op het water en zeeleeuwen.

We reden verder naar Point Lobos waar we genoten van het mooie zicht en de ondergaande zon. We vertrokken er toen het reeds donker was. Terug in Marina hielden we halt bij de Walmart tegenover ons hotel en kochten er in de bakkerijafdeling een doos brownies die erg smaakvol waren!

Een leuke afsluiter van een leuke dag.

Yours faithfully,

Robin

Robbed!

Onze laatste dag in San Franciso was aangebroken, we checkten uit het Renoir Hotel en reden naar het M.H. deYoung Museum in het Golden Gate Park voor de tentoonstelling Birth of Impressionism waarvoor het museum een aantal werken uit het Musée d’Orsay uit Parijs tentoonstelde. We parkeerden in de JFK drive op enkele honderden meters van het museum en wandelden er naar toe. Hoewel we de $25 inkom veel vonden, hield dit ons niet tegen. De tentoonstelling was mooi maar vrij klein. Er waren werken van onder andere Monet, Manet en Renoir. Tegen half 12 verlieten we het museum en wandelden we naar de Rose Garden om er wat te zitten en afscheid te nemen van deze wonderlijke stad. Na even keerden we terug naar de auto en o horror, de achterzijruit aan de passagierszijde was ingeslagen! Jeetje, we stonden er wat verbijsterd naar te kijken. We openden de auto en merkten dat Joeri’s en Willem’s rugzak, die op de achterbank lagen, verdwenen waren. We openden met een bang hart de koffer maar die was onaangeroerd, hetzelfde voor het handschoenkastje waar de GPS en de papieren in zat. We verkenden de omgeving voor het geval het tuig de rugzakken na doorzoeken gedumpt zouden hebben in het struikgewas. We zochten een klein uurtje maar vonden spijtig genoeg niets. We wisten niet zeker wat te doen, hoewel we vrij zeker waren dat we de huurauto  zonder al te veel problemen zouden kunnen inruilen.

Ik belde met Joeri’s gsm 911 en de operator verbond me met de politie, vandaar naar Customer Service en ten slotte naar een speciale operator om politie rapporten in te dienen. Er zou immers geen politiepatrouille ons bezoeken want het ging om een inbraak zonder getuigen of gewonden. Ik vertelde ons verhaal in detail en gaf al mijn persoonsinformatie en deze van Joeri en Willem. Het gesprek duurde bijna een uur en bij afsluiten kreeg ik het nummer van het tijdelijk politie rapport wat de zaken bij ons autoverhuurbedrijf zou vergemakkelijken. Ik dankte de vrouw en op haar beurt dankte zij mij vrij verrast voor mijn geduldigheid. We stapten in en reden met een achterbank vol glas naar de dichtstbijzijnde Alamo.  In deze was de GPS abuis dus reden we naar de op een na dichtstbijzijnde Alamo, deze bestond gelukkig wel en in een klein half uurtje hadden we onze blauwe Toyota Corolla gewisseld voor een rode Chevrolet HHR. Wat een lelijke kutauto, ik mistte de Corolla meteen.

In de rugzakken zat er niet veel van waarde en gelukkig geen officiële documenten zoals paspoorten maar wel veel spullen met emotionele waarde zoals een usb-stick met foto’s, Joeri’s dagboek, de lijst met gemeenschappelijke kosten en de adapter van het fototoestel. Maar we lieten de bui niet hangen en reden naar een McDo voor goed vettig troostvoedsel.

We hadden nu wel genoeg gezien van San Francisco en zetten koers naar Marina, nabij Montery. De Chevy reed niet slecht maar de wegen zaten vast door enkele ongelukken, We deden meer dan twee uur over de 110 mijl. We arriveerden bij de Comfort Inn en in de lobby keken we vreemd op toen receptioniste Stefanie vroeg of we uit San Francisco kwamen en of onze rugzakken gestolen waren. Toen ze zei dat iemand gebeld had voor onze rugzakken sloeg onze verbazing om in enthousiasme  Ze gaf ons een briefje met de naam en het telefoonnummer van de vinder: John Toby, een personage om nooit te vergeten. Ik belde hem vanuit de kamer en hij vertelde dat zijn vrouw rond de middag voor hun huis aan hun auto een rugzak gevonden had. Hij had deze doorzocht op zoek naar contactgegevens en had zo de vouchers van de hotels gevonden.  Hij had eerst naar het Renoir hotel gebeld maar daar waren wij al uren weg en dan naar de Comfort Inn. Wat een kerel! We regelden een afspraak voor dezelfde avond bij hem thuis in San Francisco om de zak op te pikken waarna we in de auto stapten en noordwaarts naar onze held John Toby reden. Hij woonde naast het Golden Gate Park en had Joeri’s rugzak met daarin Joeri’s GPS, de USB-stick, de adapter, drie flesjes Colorado River water en vreemd genoeg ook bijna alle spullen uit Willem’s zak. Uiteindelijk was al wat er weg was Willem’s zak, zijn zonnebril, twee souveniersbekers en een dennenappel(!?) We waren opgelucht en dolgelukkig. Dit moest gevierd worden en dit deden we met een sub en twee cookies bij Subway, yeah.

Tegenover ons hotel in Marina lag een Walmart waar we een taart wilden kopen om de viering kracht bij te zetten maar helaas was deze reeds gesloten toen we er tegen half één arriveerden.

Yours faithfully,

Robin

Alcatraz

Nadat we voor de derde keer wakker werden in het Renoir hotel te San Francisco wipten we uit bed want er was geen tijd te verliezen, we moesten een overzetboot halen: de ferry naar Alcatraz.

We wandelden met een strak tempo via Powell Street en Embarcadero naar Pier 33 waar de ferry zou vertrekken. Onze spoed was overbodig want we kwamen er veertig minuten te vroeg aan. Om de extra tijd te vullen ontbeten we in de giftshop/snackbar; ik nam een blueberry muffin en een flesje Minute Maid OJ. Voor we op onze ferry mochten, moesten we een foto laten nemen met een Alcatraz afbeelding als achtergrond. Deze foto’s waren dan bij terugkomst te koop voor $22 voor 2 stuks en waren niet afzonderlijk te koop. Het schip bracht ons in twaalf minuten van de stad naar the Rock. Het eiland is een nationaal monument, niet wegens zijn gevangenis verleden maar omdat het het eerste militaire fort ten westen van de Mississippi was. Hoewel in een erg vervallen staat met verschillende gedeeltes afgesloten voor het publiek is het eiland toch de moeite. Het verbaasde me hoe klein het wel is, er zaten gemiddeld maar 260 gevangenen. De audio tour bracht ons interessante achtergrond informatie maar we hadden zonder nadenken als taal Nederlands in plaats van Engels gevraagd en zaten aldus opgescheept met een vet Hollands accent dat de getuigenissen van gevangenen kracht moest bijzetten.

In de bookstore zat Edward, één van de dozijn overblijvende mensen die nog achter tralies gezeten hebben in de in 1965 gesloten gevangenis. Hij heeft een boek (laten schrijven) geschreven over zijn ervaringen en zat er te signeren. Rond de middag hadden we het zowat gezien en namen de ferry naar het vaste land waar we in een Subway lunchten en Willem in een nabije 7/11 een beker cola tapte. Voor we ons terug naar het hotel begaven, snuisterden we eerst nog rond in een chocolade winkel op Fisherman’s Wharf waar ik voor $3 een klompje nougat genaamd Divinity kocht en verorberde. Buitengewoon heerlijk!

Eenmaal terug in het hotel vroegen we de auto aan de receptie en aangezien de wachttijd circa twintig minuten bedroeg, begaven we ons naar onze kamer. De schoonmaakster was echter nog bezig aldus keerden we terug naar de lobby. We reden naar de Golden Gate Bridge om de brug te fotograferen. We parkeerden de auto en wandelden tot halfweg de brug, het laatste eind liepen we omdat er een groot containerschip op koers zat om onder de brug te varen en we wilden er een foto van. We hadden genoeg geld in de parkeermeter gestoken voor 45 minuten en we gebruikten bijna alle tijd op. Op onze to-do-list stond nog een bezoek aan een Walmart en sinds we nood hadden aan sinaasappelen, stelden we de gps in en reden twintig mijl zuidwaarts. Door het drukke verkeer duurde de rit een klein uur om uiteindelijk te arriveren  bij een gewoon kantoorgebouw van Walmart , zonder sinaasappels 🙁 We vroegen raad aan de GPS en deze vond een tweede locatie maar die lag aan de andere zijde van de Bay Bridge en we hadden geen zin om nogmaals $5 tol te betalen en besloten in het centrum op zoek te gaan naar fruit.

We wandelden naar een Walgreens winkel in Powell Sreet maar daar was er van fruit geen spoor op wat verdwaalde bananen na. We trokken zuid naar de kruising met Market Street en gingen het Westfield San Francisco Centre in. Aan de info balie vroegen we of er fruit te koop was, dit was er in de Boston Market in de beneden verdieping.

We kochten er tien sinaasappelen en een bus chocomelk, waarvan we de helft verorberden op het hotel. Na een rustmoment keerden we weer naar het shoppingcenter en tafelden er in de Panda Express.

Yours faithfully,

Robin

San Francisco Part III

In de ochtend van dag 26 wandelden we westwaarts van ons hotel op McAllister Street langs City Hall om op de kruising met Gough Street noord te gaan richting Jefferson Square. Dit grasperk gelegen op een helling is hoewel klein, best mooi en een oase van rust voor de omgeving. Vervolgens trokken we noordwest via Raymond Kimbell Playground waar een aantal voetbalvelden gelegen zijn en een voetgangersbrug ons over Geary Boulevard bracht. We belanden bij Alta Plaza, een klein park in Pacific Heights met tennis velden en een redelijk zicht over de stad, om zo naar Presidio te gaan. We wandelden langs de Presidio Golf Course tussen de rondvliegende golfballen noordwaarts verder het parkgebied in tot we aan het Cemetery Viewpoint kwamen waar we op een bankje genoten van het zicht op de Golden Gate Bridge en Alcatraz in de mist.

De Lincoln Boulevard was opengebroken door werken en ontoegankelijk voor ons, we volgden een omleiding langs Mason Street, die ons met zicht op de baai naar het Palace of Fine Arts leidde. Voor dit erg mooie gebouw ligt een grote vijver omgeven door bankjes, en op een van deze zaten we even te kjiken naar dit alles. Niet ver hier vandaan ligt het Letterman Digital Arts Center waar onder andere Lucas Arts gevestigd is.

Palace of Fine Arts
Palace of Fine Arts

We dwaalden er wat rond en in een Starbucks nam ik een banana chocolat chip cake en een strawberry smoothie als brunch, welke ik op at op het terras met zicht op de koepel van het Palace of Fine Arts.

We trokken enkele mijl zuidwaarts en verlieten Presidio voor het Alamo Square. Rondom dit plein liggen er vele merkwaardige huizen in Victoriaanse stijl. Vervolgens wandelden we over Panhandle naar Golden Gate Park, het grootste park van San Francisco. We liepen rondom de Conservatory of Flowers, door de Daliha Garden, bezichtigden de California Academy of Sciences en het M. H. de Young Museum en bezochten de Japanese Tea Garden, waar we thee dronken en sweet rice cakes aten. Hoewel de tuin erg moois is, is hij niet erg groot maar hij is wel de $7 inkom fee waard!

Japanese Garden
Japanese Garden

We verlieten het park rond 15u30 langs de Cross Over Drive om naar Twin Peaks te trekken. We beklommen de heuvel en hadden er een prachtig zicht over de stad en de mist die hing over de oceaan en die de Golden Gate Bridge bij momenten helemaal aan het zicht onttrok. Het probleem was dat we dit prachtig zicht niet beleefden van op Twin Peaks maar van op Grand View Park. Maar geen erg want het park deed zijn naam eer aan. we trokken westwaarts en beklommen Mount Sutro die we weer aanzagen voor een deel van Twin peaks, het was pas toen we boven op deze heuvel stonden dat we duidelijk het ware Twin Peaks zagen. We hadden echter al circa twintig kilometer gewandeld en Willem had een blaar, aldus besloten we Twin Peaks met de auto op een avond te bezoeken voor een nachtelijk zicht over San Francisco.

Onze volgende doelstelling was het Mission gebouw in de wijk Mission Dit is het oudste gebouw van de stad en dateert van 1776. We hadden echter onze positie slecht ingeschat waardoor we te ver noord in Haight Ashbury belandden. In de leuke Haight Street kochten Joeri en Willem een heerlijke smoothie in een Ben en Jerry’s die ze opaten op in het nabij gelegen Buena Vista Park. We zaten er op een bankje terwijl we een partijtje tennis bezichtigden. Na deze pauze trokken we verder naar de Mission. We vonden het missiegebouw niet meteen, het stond immers niet aangeduid op onze kaarten maar toen ik een foto nam van een mooie kerk sprak een vouw me aan en ze zei me dat ik zeker ook een foto moest nemen van het klein gebouw ernaast want dit was het missiegebouw. We dankten haar en ze vertelde dat ze wist dat de kaarten niet volledig waren. Het was reeds half zeven toen we bij het gebouw arriveren en het was reeds gesloten. Toch waren we blij het gezien te hebben.

Onze doelstellingen waren gehaald dus keerden we via Dolores Street en Market Street terug naar het hotel. In de lobby vroegen we aan de receptie of er in de buurt een goed steakrestaurant was. De man aan de balie raadde ons Tad’s Steakhouse in de buurt van Union Square aan. Na een verfrissing op de hotelkamer trokken we naar het aangeraden eethuis. Het vergde wat zoekwerk want we meenden dat het Ted’s steakhouse was gelegen in de eerste rechts in Powell Street in plaats van Tad’s aan de rechterkant na het eerste kruispunt.

Hoewel een restaurant met open keuken heeft Tad’s veel fastfood invloed in zijn organisatie. Bij binnenkomst schoven we aan en bestelden drie Tad’s Famous Steaks, twee biertjes en een cola en betaalden meteen $55,56. We kregen meteen een plateau met elk een slaatje en de drank erop; en een apparaat dat zou beginnen trillen en flikkeren als onze steaks klaar waren, waarna we de borden konden afhalen. De grote steaks waren smaakvol en vergezeld van een gebakken sweet patato en lookbrood. Het geheel smaakte ons zeer. Na de maaltijd splitsten de wegen van de groep. Willem keerde terug naar de hotelkamer, terwijl Joeri en ik er een gezellige avond van maakten met een paar Anchor Steam Beers in de White Horse, nadat we een Jazz bar hadden afgekeurd wegens te druk.

Yours faithfully,

Robin

San Francisco Part II

In de ochtend van dertig augustus stonden we op klaar om downtown San Francisco te verkennen. We verlieten ons hotel langs de uitgang aan Market Street en volgden deze tot de kruising met Powell Street, waar er een Cable Car draaiplatform is. We sloegen Powell in en wandelden noordwaarts voorbij Union Square tot Washington Square, waar er een bende Chinese senioren yoga beoefenden en waar de Saints Peter & Paul Church gelegen is. We fotografeerden vanaf het standbeeld van Benjamin Franklin de kerk waarna we deze bezochten. Er was een misviering bezig aldus bleven we er niet te lang. We vervolgden Powell noord tot Lombard Street om deze westwaarts te volgen en het bekende slalommende stukje weg met een stijgingspercentage van 21% te beklimmen. Boven hadden we een zicht op de  baai en de Golden Gate Bridge. Na de klim trokken we noord in Hyde Street tot aan het Cable Car platform en bezochten er in de omgeving Ghirardelli Square en de Hyde Street Pier waar er verschillende historische schepen permanent liggen aangemeerd. Er waren zelfs een aantal zwemmers zich in het ijskoude water waagden om een baantje te trekken, sommigen weliswaar in wetsuit.

Vervolgens trokken we oost richting Fisherman’s Wharf waar Joeri en ik een Clam Chowder aten, een soort verse krabsoep in een uitgehold broodje. Het smaakte best goed, al vonden we het brood wat zoet. We lesten onze dorst met een enorme fountain drink uit een 7/11. Na het maal vervolgden we onze weg tot Pier 39, de thuisbasis van een zeeleeuwen kolonie: cool! We doolden nog wat op de pier en genoten ven het zicht op de Golden Gate Bridge, Alcatraz en de Bay Bridge.

We liepen zuid en wilden Telegraph Hill, waar de Coit Tower gelegen is, beklimmen. We vonden echter niet meteen een weg naar  boven en zaten zelfs vast in een doodlopende straat, onze kaart liet ons in de steek. Doch de redding was nabij, een vriendelijke UPS medewerker die ons zag zoeken, stapte op ons af en gaf ons de richtingsaanwijzingen die we nodig hadden. Hij vertelde dat we niet de eersten waren wiens kaart hun in de steek liet met de zoektocht naar de Coit Tower. We dankten hem en vervolgden onze weg. Eens boven werden we getrakteerd op een leuk 360° zicht op San Francisco! We daalden af en volgden Grant Avenue verder zuid doorheen Chinatown tot Clay Street om deze westwaarts te volgen tot het Fairmont San Francisco, een hotel met een indrukwekkende lobby met veel marmer. Na dit intermezzo op Nob Hill daalden we oostwaarts naar het Financial District waar ik wat geld afhaalde bij een Bank of America waarna we de Transamerica Pyramid bezichtigden en een pleintje ter ere van Bummer & Lazarus.

Verder west lag Embarcadero met het Ferry Building waar we tussen de vele winkeltjes kuierden om erna Mission Street zuid-west in te slaan. Aan 3rd Street sloegen we zuid-oost in richting Museum of Modern Art en de Yerba Buena Gardens met het mooie Martin Luther King, Jr. Memorial. We zaten er even maar vervolgden vrij snel onze weg langs het Moscone Center waar er een congres over virtualisatie, VMWorld 2010, aan de gang was. Spijtig genoeg mocht ik zonder badge niet binnen. Folsom Street was next tot 7th wat ons leidde doorheen SoMa (South of Marktet Street).

7th noordwaarts bracht ons naar ons hotel en we rustten even op onze kamer, maar niet te lang. Willem had vrij veel goesting in Panda Express, zo veel zelfs dat hij bereid was $5 te dokken om gebruik te kunnen maken van het Internet. De Panda was niet ver verwijderd van het hotel. Het lag zelfs in Market Street dus trokken we er naar toe. Het restaurant lag in een enorm winkelcentrum. We vonden het niet meteen maar een touchscreen infobord bracht raad. Cool! Willem at en erna wandelden we naar het Civic Center. We zagen er buiten de mooie architectuur, vele daklozen, wat wijst op de tolerantie van het stadsbestuur.

Alle targets waren behaald en we besloten eens te ontspannen met een bioscoopbezoek: The Expendables om  19u30 nabij het Moscone Center. We hadden nog wat tijd over en begaven ons naar Union Square waar we door een games en een multimedia zaak wandelden. Joeri en ik aten bij Subway waarna we naar het Cinema complex gingen. Ons avontuur daar viel dik tegen: de film zoog onwaarschijnlijk hard. We zochten troost in de donutwinkel naast ons hotel.

Yours faithfully,

Robin

http://en.wikipedia.org/wiki/Transamerica_Pyramid